Sommige dingen wennen nooit
Sommige dingen wennen nooit. Eén daarvan is voor mij afscheid nemen van dierbare dingen in het leven. Afscheid van dingen, plekken, mensen. Het gaat bij mij altijd gepaard met een gevoel van heimwee. Heimwee naar de tijd dat de gebeurtenis, de plek, de persoon er nog wel was.
Soms bekruipt me dat gevoel zelfs al als het afscheid er nog niet eens is. Als ik bijvoorbeeld op de laatste vakantiedag nog midden in een prachtige omgeving zit. Ik weet dan dat er weer een afscheid komt en ergens wil ik dat niet. Natuurlijk; ik laat mijn voetafdrukken achter en ik neem de ervaringen en herinneringen weer mee naar huis. Ik draag ze voor altijd bij me in mijn hart, mijn hoofd. En toch doet het pijn.
Definitief afscheid
En hoewel een verloren sieraad of het uitzwaaien van mensen die ik voorlopig niet ga zien, geen leuke dingen zijn, voel ik het meeste pijn als ik definitief afscheid moet nemen van mensen. Als iemand overlijdt en ik voor altijd afscheid moet nemen van een persoon die mij dierbaar was of een verrijkende rol speelde in mijn leven op welke manier dan ook.
Rationeel weet ik dat het leven eindig is en moet ik dat een plekje geven in mijn leven, maar wennen doet het nooit.
Opa
De eerste herinnering die ik heb met betrekking tot het afscheid nemen van iemand, is er één van toen ik zeven jaar oud was. Mijn opa overleed en in nagenoeg dezelfde week mijn oom.
Mijn opa was ‘al’ 80 en hij was ziek. Dat de situatie onhoudbaar voor hem werd, was al een tijdje duidelijk. Het moment van overlijden kwam daarom voor mij niet als een verrassing. Ik wist dat het eraan zat te komen en dat maakte het moment zelf voor mij minder ‘rauw’. Al was het verdriet om het verlies van mijn lieve opa er niet minder om.
Bij mijn oom was de situatie heel anders. Hij overleed plotseling in zijn slaap aan een hartaanval. Zomaar uit het niets. De hulpverleners kwamen nog wel, maar die konden niets meer voor hem doen. En dat op een leeftijd dat mensen eigenlijk nog volop in het leven horen te staan. Ik herinner me dan ook dat er veel ongeloof was en daardoor een extra portie verdriet.
Inmiddels heb ik in de loop van de jaren helaas al vaak afscheid moeten nemen. Van mijn opa’s en oma’s, meerdere ooms, ouders van vrienden, collega’s en vorig jaar van een tante. Stuk voor stuk gaten die in het leven van mij en alle naasten zijn geslagen. Gaten die nooit meer op te vullen zijn, omdat fysiek afscheid nemen bij de dood hoort.
De één stierf een ‘mooie’ dood, maar veel anderen helaas na een lijdensweg op een ziekbed. En of de persoon nu elke dag of maar af en toe in mijn leven was; de pijn is er altijd. Want het gat wat iemand achterlaat, is nooit meer te vervangen.
Vloeiende tranen en gedeeld verdriet op begrafenissen of crematies; wennen doet het nooit.
Erik
Afgelopen week ontving ik een bericht dat ik maar één seconde hoefde te bekijken om de tranen in mijn ogen te doen hebben staan. Wazig en vol ongeloof staarde ik naar de naam van een bekende badmintonspeler, die in dezelfde zin genoemd werd als zwaar auto-ongeluk en overleden. Een golf van ongeloof overviel me. Dit kon gewoon niet waar zijn. Maar een paar seconden later wist ik dat de bron – een bekende nieuwssite – de waarheid had neergeschreven. Erik Meijs, pas 26 jaar, was in een file van achter door een vrachtwagen aangereden en is enkele uren later aan zijn verwondingen overleden.
Die avond lees ik het bericht over het ongeluk nog een keer en nog een keer. De woorden blijven maar door mijn hoofd galmen. Ik zie het staan, maar het ècht geloven doe ik niet. Of wil ik eigenlijk niet. Ik wil de werkelijkheid niet toelaten. Het is te hels. Plotsklaps een einde aan zo’n jong leven. Een bloem die nog maar aan het begin van zijn bloeiperiode stond, is zomaar geknakt.
Erik was een goede vriend van mijn broer. En ook al zagen ze elkaar niet elke week; ze spraken elkaar regelmatig. Dan maakten ze grapjes of ze steunden elkaar. “Een onvoorwaardelijke vriendschap”, zoals mijn broer het heel mooi verwoord. De tranen prikken in mijn ogen als ik hem hoor praten over hun bijzondere band en ik voel zijn verdriet en het verdriet van alle mensen waarin Erik een belangrijke rol speelde.
Erik was een vrolijke jongen en een succesvolle sporter, die nota bene bijna op het punt stond papa te worden. En nu is hij zomaar uit het leven weggerukt. Omgekomen door op het verkeerde moment op de verkeerde plek te zijn. In een alledaagse situatie; een file. Een rij auto’s waar we regelmatig zelf ook in staan. Een situatie waarin je niet verwacht dat het leven ineens afgelopen kan zijn.
Het feit dat het zo’n alledaagse situatie is, maakt de doorvertaling naar mijn eigen leven zo tastbaar. Het kan iedereen overkomen, maar ergens verwacht je het niet, omdat de kans (gelukkig) gering is.
Erik is het echter wel overkomen en dat doet pijn. En dan voel ik nog maar een greintje van hoe het voor zijn naasten moet zijn. Hij was te jong en te geliefd. Het is te plotseling, te abrupt, te oneerlijk.
Afscheid nemen….nee, ik kan daar niet aan wennen.
Vanaf deze plek wil ik alle nabestaanden, geliefden, familie en (badminton)vrienden van Erik heel veel sterkte wensen met dit onmenselijke verdriet en dit onmogelijke afscheid.
Wauw heftig Yvonne!!
Maar heel mooi verwoord. Sterkte voor de nabestaande.
Dank je wel Dia ❤️