Jij…
Over mijn wang biggelt een traan. Een traan die zoveel verdriet verwoordt. Een traan die symbool staat voor gevoelens van angst, onmacht en pijn. Gevoelens die ik niet hoef te voelen. Want ik woon in Nederland. Jij niet. Nog niet. Jij moet nu nog vechten. Vechten tegen nog meer pijn, vernederingen en verdriet. Maar hoe hard je ook vecht, de zekerheid op vrijheid heb je niet. Je blijft misschien wel achter in oorlog en geweld. Of misschien besluit je de gok te wagen. De gok om uit pure wanhoop richting de vrijheid te gaan varen. Je stapt op een boot. Een boot die te zwaar beladen is. Een boot waarin de gevoelens van angst wederom overheersen. Maar je vecht, want je weet inmiddels hoe dat moet. Je vecht zo hard je kunt, met alle kracht die je in je hebt. Je ziet dat je familie in de boot naast je de golven niet kan bedwingen. De golven zijn voor hen te hoog, de zwemvesten niet aanwezig. Hun enige houvast, hun enige hoop slaat om. En dan wordt alles donker. Alles git- en gitzwart. Weg hoop, weg leven. Jouw boot heeft geluk gehad. Je haalt het beloofde land wel. Opluchting heerst en er verschijnt zelfs een lach op je gezicht. Een lach die doet ontspannen. Er zijn geen schoten te horen, je hoeft niet te rennen omdat er mensen zijn die je willen vermoorden. Heel even die overheerlijke ontspanning. Je geniet. Maar niet voor lang. Want al snel moet je weer vechten. Voor voedsel, voor water en voor onderdak. Want dat beloofde land, dat verwachtte je niet. Dat continent dacht dat het wel mee zou vallen. Maar nu moet je dus weer de strijd aangaan. Een gevecht tegen verdeeld Europa. Een continent dat het even niet meer weet. In alle onzekerheid weet jij één ding zeker; je wilt vrij zijn. Vrij van wanhoop, onmacht en ellende. En na dagenlang vechten, zit je nu in een trein. Een trein die niet gaat rijden, ook al zit de trein vol met verdriet en pijn. Ik ben geen vechtersbaas. Ik los alles liever in vrede op. Maar ja, ook ik ben nu een beetje bang. Maar mijn angstgevoelens kunnen nooit zo erg zijn als jij die de afgelopen weken hebt gevoeld. Jij; jij staat voor mij symbool voor al die duizenden mensen, die vechten voor een vrij leven. En ja, ik gun jou de vrijheid te voelen die ik ook voel.
Over mijn wang biggelt een traan
Eentje die verdwijnt in de grote oceaan
Eentje die verdwijnt in alle ellende
Mensen, wat maken we van de wereld een grote bende.
Yvonne Kuijn-Gerrits, 4 september 2015
Ook bij mij biggelt een traan.
Mooi Von…! In en in verdrietig inderdaad ?